10 augustus dag 19 naar Tegallalang: dolfijnen, watervallen en sawa's

Gisteravond tijdens de pizza hebben we elkaar gevraagd wat ieders hoogtepunten van deze vakantie tot op heden zijn. Met zoveel prachtige plekken en bijzondere avonturen valt het nog niet mee om een keuze te maken. En na vandaag is er weer een hoofdstuk vol hoogtepunten toegevoegd.
Zoals vaker het geval moesten we er wel vroeg voor ons bed uit. Om 5:50 werd er voor 'mister Martin' op de deur geklopt en liepen we in het donker naar het strand, waar we met een Balinese boot de zee opgingen. Op zoek naar dolfijnen, net als een flink aantal andere toeristen om ons heen. Terwijl we getuige waren van een mooie zonsopgang werden al snel de eerste dolfijnen gespot. In de 2 uur die volgden, hebben we enkele tientallen van deze dieren gezien, soms alleen een rugvin maar ook een aantal keren met een flinke sprong uit het water. En hoewel we deze ervaring met een behoorlijk aantal andere bootjes moesten delen, was het toch een bijzondere belevenis waar we allemaal van genoten. Opgewarmd door de zon keerden we terug naar het strand, waar Rachel nog snel even haar slag sloeg met een de aankoop van wat souvenirs.
Na het overvloedige ontbijt stapten we in de auto die we gisteren hadden geregeld. De chauffeur bracht ons naar een plaatsje circa 20 minuten boven Ubud. Tussendoor zijn we op een paar plekken gestopt.
De meeste toeristen reizen naar Ubud via de bekendere Git-Git waterval (wie kent hem niet), maar wij kozen ervoor de watervallen van Sekumpul te bezoeken. In onze reisgids stond deze niet vermeld. Volkomen onterecht! Na een pittige wandeling (die op de terugweg voor nog meer zweetdruppels zou zorgen) waar we nog een schitterende groene hagedis zagen, kregen we zicht op één van de mooiste watervallen die we ooit hebben gezien. In een reusachtige wand van varens en andere planten kwamen meerdere waterstralen naar beneden gestort. Een magnifiek uitzicht. Op de terugweg was duidelijk de geur van kruidnagels te ruiken. Mannen en vrouwen in bomen oogsten de groene vruchten, waarna ze op doeken worden gedroogd totdat ze de kenmerkende donkere kleur hebben. 
Na deze uitgebreide tussenstop volgde een autorit door de bergen, met nog een korte pauze voor een blik op Mount Batur, een van de hoogste bergen/vulkanen van Bali. Daarna reden we naar Tegallalang. In dat dorpje was het behoorlijk druk, want veel bezoekers komen voor de mooie rijstterrassen. En hoewel de rijst nog niet lang geleden was gepland, leverde dit toch mooie plaatjes op.
Moe maar voldaan kwamen we bij onze voorlaatste accomodatie aan. In een luxe villa en omgeven door serene stilte verblijven we hier 3 nachten. Daar zijn we ook wel aan toe, want zowel Rachel als ik zijn behoorlijk verkouden en kunnen een beetje rust goed gebruiken.